Alternatieve bedrijfsstructuren in de advocatuur in andere Europese landen

Onderzoeksgegevens
Projectnummer 3177
Type Extern onderzoek
Betrokken organisatie(s) EUR - Rotterdam School of Management RSM

Samenvatting

De huidige inrichting van praktijkstructuren laat niet toe dat een advocaat in dienstbetrekking optreedt voor iemand anders dan zijn werkgever of verzekerde. Er zijn echter maatschappelijke geluiden die vragen om een meer gevarieerd aanbod van rechtsbijstandverleners waarmee gehoor zou kunnen worden gegeven aan een bredere vraag en/of de kosten van rechtsbijstand draaglijker zouden kunnen worden. Het is evenwel op dit moment onduidelijk wat de voor- en nadelen zijn van het toestaan van dergelijke bedrijfsstructuren in Nederland.
De Minister voor Rechtsbescherming heeft in de derde voortgangs­rapportage rechtsbijstand van 26 juni 2020 en tijdens het notaoverleg justitie­keten van 30 juni 2020 aan de Tweede Kamer toegezegd om, gelet ook op de samenloop met de evaluatie van de Advocatenwet, de toekomst­verkenning juridische beroepen en de stelselvernieuwing rechtsbijstand, samen met de Nederlandse Orde van Advocaten (NOvA) een onderzoek te laten doen naar alternatieve bedrijfsstructuren (Tweede Kamerstukken, Vergaderjaar 2019-2020, 31753, resp. nrs. 216 en 217).
Er zal heeft eerst een expertmeeting plaatsvinden waarin de mogelijke consequenties van alternatieve bedrijfsstructuren worden besproken voor de exclusieve rechten en plichten van de advocaat (verschoningsrecht en geheimhoudingsplicht) en wat dit betekent voor samenwerkingsverbanden in internationale context. Daarna zal worden bezien of het onderzoek nog nodig is en, zo ja, of er enkele vragen uit de expertmeeting voortkomen die aan het onderzoek kunnen worden toegevoegd. Het onderzoek bestaat uit een combinatie van een vergelijkend literatuuronderzoek ten aanzien van enkele EU-landen in combinatie met een aantal interviews. Van de vijf kernwaarden van de advocaat zal het onderzoek zich met name richten op de onafhankelijkheid en partijdigheid, omdat deze direct zijn verbonden aan de bedrijfsstructuur. De de andere kern­waarden betreft m.n. persoonlijke eigenschappen of attitudes.