Naleving van landelijke afspraken opsporing en vervolging van geweld tegen werknemers met een publieke taak geëvalueerd

Sinds 2010 worden de Eenduidige Landelijke Afspraken (ELA) door de politie en het Openbaar Ministerie (OM) gebruikt om hoge prioriteit aan de opsporing en vervolging van geweld tegen werknemers met een publieke taak te geven. Onderzoeksbureau ‘Bureau Beke’ evalueerde in opdracht van het WODC de naleving van deze landelijke afspraken.

Binnen de ELA zijn zeven thema’s te onderscheiden:

  1. hoge prioriteit aan opsporing en vervolging,
  2. aandacht voor kwaliteit onderzoeken en processen-verbaal,
  3. lik op stuk/(super)snelrecht/ZSM toepassen,
  4. schade verhalen op de dader,
  5. slachtoffers en werkgevers optimaal informeren over positie en mogelijkheden in het strafproces,
  6. actief communicatiebeleid voeren en
  7. eenduidige registratie en monitoring van de ELA.

Uit het onderzoek blijkt dat deze thema’s van de ELA in principe goed worden toegepast door politie en OM, maar dat er wel verschillen zijn in de toepassing en naleving. Per regio wordt er anders omgegaan met het geven van hoge prioriteit aan opsporing en vervolging. Daar waar zaken worden opgepakt, lijkt in ieder geval voldoende aandacht voor de kwaliteit van de onderzoeken en processenverbaal te bestaan. En ook het verhalen van schade op daders en het informeren van slachtoffers over de positie/mogelijkheden in het strafproces worden in de regel goed nageleefd.

Daarnaast worden enkele ELA-thema’s minder vaak of niet uitgevoerd. Zo is lik-op-stuk/(super)snelrecht lastig in te passen in het proces van opsporing en vervolging van geweldszaken, omdat geweldszaken vaak extra handelingen (bijvoorbeeld het horen van getuigen) vereisen. Bovendien blijkt het voeren van actief communicatiebeleid over zaken geen prioriteit te hebben.

De politie en OM zijn in de regel tevreden over de toepassing van de ELA en zien het nut van de ELA, wel zijn ze van mening dat een meer leesbare en meer compacte versie in de toekomst wenselijk is. Ook zijn werknemers/slachtoffers betrekkelijk positief over de ELA. Zij zijn van mening dat de ELA de procedure na een incident helderder en eenduidiger maakt. Ook worden zij goed op de hoogte gehouden van de strafzaak.

Uit het onderzoek komen verschillende aandachtspunten naar voren. De eerste is de herkenning van geweld tegen werknemers met een publieke taak aan de politiebalie. Dit is belangrijk voor een juiste zaakafhandeling. Een ander aandachtspunt betreft het beëindigen van het programma Veilige Publieke Taak (VPT), wat volgens betrokkenen leidt tot minder regie en aandacht voor geweld tegen werknemers met een publieke taak. Daarnaast constateren de onderzoekers dat werkgevers meer aandacht kunnen besteden aan (de preventie van) publiek geweld, waaronder aan een norm voor aangiftewaardig geweld.

Lees het volledige rapport: ‘Afspraak is afspraak? Evaluatie van de eenduidige landelijke afspraken rondom opsporing en vervolging van geweld tegen werknemers met een publieke taak’.