De invoering van een nieuwe landelijk uniforme werkwijze voor jeugdreclassering, Jeugdreclassering in Verbinding (JRiV), is vooralsnog uitgesteld. Daarmee kon het onderzoek naar de ervaringen met deze methodiek en in hoeverre die werd uitgevoerd zoals voorzien, niet plaatsvinden. Een tussenrapportage beschrijft de ontwikkeling van JRiV en de voorbereiding van de implementatie. Professionals die hierover werden bevraagd, geven aan dat ze inhoudelijk veel vertrouwen hebben in de nieuwe methodiek, die wetenschappelijk onderbouwd is en tevens, waar nodig, ruimte biedt voor maatwerk. Zij hebben vooral zorgen over randvoorwaarden (zoals voldoende tijd en geld) en processen (zoals afstemming met andere ketenpartners) rondom de methodiek.
In opdracht van het WODC onderzocht de Universiteit Utrecht in samenwerking met de Universiteit van Amsterdam de ontwikkeling en voorbereiding van de methodiek JRiV. Deze methodiek is tussen 2022 en 2024 ontwikkeld als landelijk uniforme werkwijze voor jeugdreclassering en vanaf mei 2024 is gestart met de voorbereiding van de implementatie, die bestond uit het trainen van trainers en het opleiden van jeugdreclasseringsmedewerkers in het werken met JRiV.
Wat is Jeugdreclassering in Verbinding?
JRiV onderscheidt zes fasen waarin gewerkt wordt aan het hoofddoel van jeugdreclassering: geen of minder recidive en/of schoolverzuim en een positief toekomstperspectief voor de jongeren. Om op maat te werken, op basis van wat voor de jongere en/of ouders nodig is om tot een positieve toekomst te komen, wordt in de JRiV methodiek gewerkt met kernelementen. Die bestaan uit hulpmiddelen (tools) en kennisdocumenten. Een aantal van die kernelementen wordt bij iedere jongere ingezet, sommige tools alleen op maat. De professional die werkt volgens JRiV kijkt breed naar de context van een jongere, inclusief het gezin, en heeft een signalerende functie ten aanzien van eventuele problemen in die context.
Beeld: © Shutterstock
Aandachtspunten eventuele implementatie
De training van jeugdreclasseringsmedewerkers heeft inmiddels geruime tijd geleden. plaatsgevonden, maar de implementatie van de methodiek is uitgesteld. Als gevolg daarvan geven bevraagde professionals aan dat het bijhouden van inhoudelijke vakkennis over JRiV een uitdaging is. Reflectiesessies en continue training zijn belangrijk om de inhoud levendig te houden en de methodiek waar nodig aan te passen.
Daarnaast is bij de daadwerkelijke uitvoering van JRiV een gerichte monitoring van de praktijktoepassing nodig om te begrijpen welke randvoorwaarden bepalend zijn voor het succes van de methodiek. Op deze randvoorwaarden, zoals keuzes over financiering, formats en overlegstructuren, moet meer worden geanticipeerd. De onderzoekers vragen zich af of die ruimte voor monitoring, reflectie en borging van de invoering voldoende aanwezig zal zijn.
Bij dit rapport schreef het WODC deze aanbiednota.