Totstandkoming Wet Langdurig Toezicht tegen het licht gehouden in eerste deel evaluatie

In 2018 is de Wet Langdurig Toezicht (Wlt) volledig in werking getreden. De wet maakt het mogelijk om langer en intensiever toezicht te houden op (voormalige) tbs’ers en andere zeden- en geweldsdelin­quenten die veroordeeld zijn tot een gevangenisstraf. Hierdoor kunnen zij zo nodig zelfs levenslang worden gemonitord. Het WODC gaat de wet de komende jaren evalueren. In het vandaag verschenen eerste onderzoek is een reconstructie gemaakt van de beleidstheorie: waarom is de wet er gekomen en wat zijn de doelen en verwachtingen van de wet?

Uit de analyse blijkt dat de Wlt is ontstaan vanuit de vaststelling van het probleem dat veel delictgedrag wordt veroorzaakt door mensen die opnieuw een delict plegen (recidivisten). Zeden- en zware geweldsdelicten zorgen daarnaast voor maatschappelijke onrust en gevoelens van onveiligheid. Volgens de wetgever moet de recidive worden teruggebracht door langduriger en effectiever toezicht te houden op ex-zeden- en zware geweldsdelinquenten en (ex-)tbs-gestelden. Dit wordt gedaan door een langer durende periode van toezicht mogelijk te maken, die bestaat uit een behandeling op maat, met daarin elementen van controle, begeleiding, behandeling en steun. De verwachting daarvan is dat de recidive daalt en de veiligheid van de maatschappij toeneemt.

Wetenschappelijke basis voor de wet

In het onderzoek is verder gekeken of de veronderstellingen van de wetgever over de wet overeenkomen met bevindingen in de wetenschappelijke literatuur. Daaruit blijkt dat het vastgestelde probleem van de wetgever klopt: de meeste criminaliteit wordt veroorzaakt door recidivisten. De voorgestelde oplossing klopt ook: toezicht dat bestaat uit een individuele aanpak met zowel controle als ook behandeling of begeleiding is het meest effectief. De hooggespannen verwachtingen van de wet zijn volgens de onderzoekers echter niet helemaal terecht: van twee van de drie onderdelen kan, alleen al vanwege de naar verwachting zeer geringe toepassing ervan, niet veel impact op de recidive worden verwacht. Dit zijn de ongemaximeerde voorwaardelijke beëindiging en de gedragsbeïnvloedende en vrijheidsbeperkende maatregel.

Effect Wlt op recidive nog onduidelijk

De wetgever gaat ervan uit dat de recidive zal dalen. Aangezien het berekenen van recidivecijfers langere tijd nodig heeft, zijn deze effecten nog niet bekend. Wel blijkt uit nieuwe recidivecijfers die in het onderzoek zijn berekend dat de recidive op langere termijn voor meer recent uitgestroomde gewelds- en zedendelinquenten, zowel onder ex-gedetineerden als onder ex-tbs-gestelden, al is gedaald nog voordat de Wlt was geïntroduceerd. Hiermee is het de vraag of langer toezicht voor een grote groep justitiabelen nodig is. Ook verwacht de wetgever positieve effecten van de Wlt op de in-, door- en uitstroom van tbs-gestelden, maar uit het onderzoek blijkt dat hiervoor geen onderbouwing is. 

Het WODC schreef begin 2020 een onderzoeksprogramma voor de evaluatie van de Wlt, met als centrale vraag: hoe vaak worden de verschillende onderdelen van de wet toegepast en wat is het effect daarvan? Naast jaarlijkse monitoring van de toepassingen van de wet in de eerste vijf jaar zullen er ook verdiepende themaonderzoeken en recidivemetingen worden gedaan. In de evaluatie wordt ook bezien of de doelen van en de verwachtingen die omschreven zijn in dit onderzoek worden behaald.