In aanloop naar de evaluatie van de Wet Uitbreiding Slachtofferrechten in 2026/2027 zijn tussentijds vier kleinere maatregelen uit de wet onderzocht. Die gaan over communicatie richting het slachtoffer, over aangifte en informatierechten, het moment van uitoefening van het spreekrecht en vertaling van stukken na het strafproces. Alle maatregelen worden voldoende uitgevoerd, blijkt uit onderzoek, maar er zijn nog verbeteringen mogelijk.
Vanaf 2022 is de Wet Uitbreiding Slachtofferrechten gefaseerd ingevoerd. Het doel van de wet is een verdere versteviging en verankering van de positie van het slachtoffer in het strafproces. In opdracht van het WODC onderzocht Significant APE of vier kleinere maatregelen uit de wet worden uitgevoerd zoals beoogd. Het gaat om:
- Een schriftelijke motiveringsplicht voor de politie bij het niet verstrekken van een kopie van de aangifte.
- Het recht van het slachtoffers om geïnformeerd te worden over hun informatierechten.
- De uniformering van het moment van uitoefening van het spreekrecht.
- Het verzoek om vertaling van stukken in de tenuitvoerleggingsfase.
Beeld: © WODC
Belangrijkste uitkomsten
In principe krijgen slachtoffers een kopie van hun aangifte, maar hierop kan worden afgeweken als het belang van het onderzoek dit vergt. In de Wet Uitbreiding Slachtofferrechten is vastgelegd dat de keuze om geen kopie te verstrekken schriftelijk gemotiveerd moet worden. Uit registratiegegevens van de politie blijkt dat in de periode 1 januari 2022 tot 1 oktober 2025 bij 37% van de aangiften geen kopie is verstrekt aan de slachtoffers en dit ook schriftelijk is gemotiveerd. Onduidelijk is echter of in de overige gevallen wel een kopie van de aangifte is meegegeven en waarom wel of niet besloten wordt tot het delen van de kopie van de aangifte.
Voor wat betreft informatierechten: door de Wet Uitbreiding Slachtofferrechten zijn drie onderwerpen toegevoegd aan informatie over de zaak: vrijlating of ontsnapping van verdachte of veroordeelde, mededelingen over maatregelen genomen om het slachtoffer in deze situaties te beschermen en de schadevergoedingsmaatregel.
In de wet is vastgelegd dat de uitoefening van het spreekrecht van het slachtoffer plaatsvindt voordat de Officier van Justitie zijn aanklacht of strafeis (in het veld requisitoir genoemd) uitspreekt en dat gebeurt ook. Het is echter nog steeds onduidelijk voor de slachtoffers of zij voor of na het bespreken van de persoonlijke omstandigheden van de verdachte kunnen spreken.
Het recht op vertaling van de stukken ook in de fase van tenuitvoerlegging, ofwel na het strafproces, verloopt zoals beoogd. Het afwijzen van een verzoek om vertaling komt in de praktijk niet voor.
Aanbevelingen
De onderzoekers raden aan om de naleving van de schriftelijke motiveringsplicht te monitoren. Ook wordt aanbevolen om de afwegingscriteria voor het al dan niet meegeven van een kopie van de aangifte te verhelderen. Daarnaast is een correcte verduidelijking dat het exacte moment van spreken onzeker is, wenselijk; de website van het OM dient hierop nog te worden aangepast.
Bij dit rapport schreef het WODC deze aanbiednota.