Een verkennend onderzoek naar onderdelen van de erkenningsprocedure in het kader van de WETS

Op grond van de Wet wederzijdse erkenning en tenuitvoerlegging vrijheidsbenemende en voorwaardelijke sancties (WETS) vinden vanuit andere lidstaten van de Europese Unie jaarlijks gemiddeld circa 200 á 300 inkomende overdrachten plaats van vrijheidsbenemende sancties. Hierbij gaat het om sancties die in een andere EU-lidstaat aan Nederlanders of personen die om een andere reden binding hebben met Nederland (bijvoorbeeld omdat ze in Nederland wonen) zijn opgelegd en waarvoor wordt verzocht of zij het restant van hun sanctie in Nederland mogen uitzitten. Het uitgangspunt van een strafoverdracht op grond van de WETS is de resocialisatie van de veroordeelde. Deze resocialisatie kan het beste worden vormgegeven indien de veroordeelde zich in detentie kan voorbereiden op een terugkeer in de samenleving waarmee hij wezenlijke banden heeft. Een optimale resocialisatie is in het belang van de maatschappij, omdat dit van invloed is op hoe een gedetineerde kan functioneren bij terugkeer in de maatschappij. Het is daarvoor van belang dat de procedure rond de strafoverdracht goed verloopt. 
Op basis van een EU-evaluatie en ontwikkelingen in de jurisprudentie zijn vragen ontstaan over deze procedure en of deze kan worden aangescherpt. Zo spelen de vragen of de beslissing tot erkenning genomen zou moeten worden door een gerechtelijke instantie in plaats van de staatssecretaris en of er op dit moment voldoende mogelijkheid is om vragen te stellen aan het Hof van Justitie van de Europese Unie over de uitleg van rechtsregels. Het doel van dit project is zodoende om te onderzoeken of,  in het licht van het EU-evaluatierapport van 2 december 2022 en ontwikkelingen in jurisprudentie, het aan te bevelen is om de erkenningsprocedure van de WETS ten aanzien van vrijheidsbenemende sancties te wijzigen en welke opties daartoe kunnen worden geïdentificeerd. Hiermee wordt bijgedragen aan een optimale procedure voor strafoverdracht.

Dit is nog een voorgenomen onderzoek. We zullen het aangeven als het onderzoek daadwerkelijk van start gaat.